De openingscredits, waarin in hypertempo wordt uiteengezet hoe de apen zo intelligent werden en de mensheid vrijwel ten onder ging, zijn flink bombastisch. Maar het vervolg is opvallend subtiel en eenvoudig qua plot en locatie. Iets te wellicht. Iets meer vaart was wel prettig geweest. Niettemin, een sterk vervolg op Rise of the Planet of the Apes.
Het is tien jaar na de virusuitbraak in de vorige film. De overlevende apen hebben zich teruggetrokken in Muir Woods en de mensen in de binnenstad van San Francisco. De apen staan hier niet slechts tegenover de mensen. De plot weeft op handige wijze meerdere kampen. Aap tegen mens inderdaad, maar ook apen die in zien dat niet alle mensen slecht zijn en mensen die datzelfde zien bij hun tegenstander. De tweespalt die ontstaat in beide kampen is de belangrijkste aanjager voor de plotverwikkelingen. De apen zien er nog realistischer uit dan in het vorige deel, mede dankzij het motion capture werk waarmee de leads zijn gemaakt. Met voorop Andy Serkis als de leider Caesar die alle zeilen bij moet zetten dat leiderschap te behouden. Zijn hoofdbelang, zo weinig mogelijk soortgenoten verliezen, wordt flink op de proef gesteld als hij tussen de twee kampen komt te staan. De film speelt zich volledig in en om een verwoest en door de natuur overwoekerd San Francisco, op vergelijkbare wijze als in bijvoorbeeld I Am Legend waar New York het slachtoffer is. Ik ben net twee dagen geleden teruggekomen uit die stad en het is vreemd om de plekken waar je net geweest bent nu zo anders te zien. Een prima film met een open einde waarin de ogen van Caesar als overwinnaar maar somber gestemd de toekomst in kijken.