De trailer intrigeerde al enorm en de hele film blijkt dat ook waar te maken. Een prachtige film over de liefde tussen een man en zijn operating system. Huh? Hoe vreemd het op papier ook klinkt, het werkt fantastisch.
Joaquin Phoenix is de ietwat nerdy maar lieve Theodore Twombly die teleurgesteld is in de liefde. Hij leeft in het Los Angeles van de nabije toekomst. Een stad die op subtiele wijze gedomineerd wordt door moderne technologie en waarin miljoenen mensen langs elkaar heen leven. Jonze laat zien hoe die technologie eerder vereenzamend werkt dan bindend. Iets dat nu ook al duidelijk is als je om je heen kijkt naar al die mobielverslaafde medemensen, maar in Jonze’s toekomstbeeld is dat alleen maar sterker aanwezig. Net als Spielberg’s Minority Report in 2002 deed weet de film een blik in de toekomst te werpen die wel eens veel geloofwaardiger zou kunnen zijn dan je op eerste hand vermoedt. Wie zegt dat er over 10 jaar geen OS is dat je als een life companion bij elke stap begeleidt en van feedback en richting voorziet?
Theodore raakt ondertussen mateloos gefascineerd door deze Samantha. Ze is grappig, charmant en ontwapenend en functioneert al snel als partner in de manier waarop ze hem spiegelt en begeleidt. Die ontwikkeling weet Jonze geloofwaardig te maken en dat is een bijzondere prestatie. Dat komt, naast de goed doordachte toekomstvisie en prachtige art direction (alleen die broeken al waarin Theodore en zijn collega’s rondlopen), vooral ook door de ijzersterke hoofdrol van Phoenix. Wat een genot om naar deze acteur te kijken.